Het stappenplan voor 6 acties om regenwater af te koppelen:
Druppelslang
- Installeer een regenwaterton
Hiervoor kan je ook beroep doen op Onze Druppel Telt: https://onzedruppeltelt.be/ - Bekijk of je het water wil afleiden naar een wadi, regenwatervijver, of via een druppelslang geleidelijk over een lange afstand in de tuin wil doen infiltreren.
- Ga naar een doe-het-zelf-winkel om een slang (tuinslang of dikker model) aan te schaffen, en koop de bijhorende bochtjes, buis, aansluitingsstukken etc. Vraag raadt aan de verdeler of alle koppelstukken op elkaar passen (check diameter etc).
(Van Wauwe in de Bosuilbaan in Deurne heeft een zeer groot assortiment aan afkoppelmateriaal en kan iedereen ondersteunen met advies.)
Regenwatervijver
- Kies een plek: bij voorkeur een lager gelegen deel van je tuin.
- Graaf een gat. Regenwatervijvers moeten diep genoeg zijn, bij voorkeur 1,5 meter. Zo overleven waterdieren ook bij vorst en droogte. Creëer verschillende hoogtes. Maak je oevers niet te steil.
- Bedek de bodem met vijverfolie. Indien je vissen wilt houden moet er altijd water in je vijver blijven staan (minimaal 0,7 m).
- Beplant de oevers. De planten die je kiest moeten geschikt zijn voor zowel natte als droge periodes vanwege de wisselende waterstanden.
- Hou er rekening mee dat de vijver zal ‘overlopen’ over de rand, zeker als je de regenpijp van een groot dak uit laat komen op de regenvijver.
- Koppel een regenpijp af (dit kan via een regenton) en leg een darm of buis van de regenpijp of regenton richting regenwater vijver.
OPTIE: Installeer een vijverpomp en -filter. Voor een goede waterkwaliteit installeer je een pomp en een filter in de vijver.
Infiltratiekrat
- Graaf de putten:
Onder de oprit > hoogte van het krat + 50 cm.
Onder de tuin > hoogte van het krat + 30 cm. - Graaf rondom de kratten 20 – 40 cm extra af om grof zand of granulaat in te plaatsen.
- Ondergrond egaliseren (vrij van stenen en scherpe objecten).
- Leg de infiltratiekratten in de put en sluit de regenwaterpijp erop aan.
- Zijkanten van de kratten aanvullen met grof zand of granulaat om een goede infiltratie toe te laten (vrij van scherpe objecten).
- Voor grotere opstellingen is het aangeraden een extra laag gestabiliseerd zand te voorzien ± 10 cm.
Keienput
- Graaf een gat tot een diepte van circa een halve meter boven de gemiddelde grondwaterstand. Respecteer een afstand van minimaal 1m tot gebouwen en van minimaal 2m tot bomen.
- Leg filterdoek in dit gat. Gebruik als filterdoek een geotextiel (geen worteldoek); het filterdoek voorkomt dat zand e.d. tussen de stenen komt waardoor de grindkoffer minder snel dichtslibt.
- Vul het gat met grind. Kies voor grindkorrels van ongeveer dezelfde grootte. Zorg ervoor dat ca. 1/3 van de grindkoffer lucht is (neem dus veel vrij grof grind). Het beste formaat is 16 – 32mm. Kleiner dan 8 – 16mm moet je niet gaan: het grind is dan te klein om goed waterdoorlatend te zijn.
- Bovenaan kan je een deel van de put weer bedekken met gras, of een betonnen ring plaatsen om het geheel strak af te werken en ook het volume te vergroten door een extra rand toe te voegen.
- De keienput kan ook langwerpig zijn, of ondergronds (als je ook boven de keien-zone een filterdoek legt en daarboven weer teelaarde plaatst.
Regenwaterput
Een regenwaterput is de enige van de 6 acties die moeilijk zelf te installeren is. Voor de installatie van een regenwaterput doe je best beroep op een aannemer, tenzij je een doorwinterde doe-het-zelver bent met voldoende kennis over sanitaire aansluitingen etc.
- TIP: Je kan nog een infiltratiekrat plaatsen tussen de overloop van de regenwaterput en de riolering. Zodanig dat het overtollige water (wanneer de put helemaal gevuld is), toch niet verloren gaat naar de riolering en plaatselijk de grond in kan gaan.
- TIP: Zijn graafwerken in de tuin geen optie? Dan is de plaatsing van een regenwaterzaksysteem in bv. de kruipruimte of kelder een interessant alternatief. De regenwaterzak staat, net zoals de regenwaterput, in verbinding met de regenwaterafvoer van je woning en werkt met een filtersysteem en overloop.
Wadi
- Bepaal de plek van je wadi
>> Is er een plek in je tuin waar water naartoe stroomt na een bui of waar water langer blijft? Dan is dat een natuurlijke plek voor een wadi.
>> Kan je een wadi in de buurt van een regenpijp maken? Dan hoef je geen grootste pijp-verlengingen ondergronds maken, of een lang gootje aan te leggen. - Als de afstand niet te groot is kan je ook een (nood)overloopje voorzien dat opnieuw richting de regenpijp loopt.
- Doe op die plek een emmertest
- Voor een simpele wadi van 2 à 4 m² graaf je een (langwerpige) kuil die op het diepste punt 30cm à 50 cm diep is. Best niet te veel verval met het diepste punt over de hele lengte even diep.
- Centraal kan je voor extra drainage nog een diepere zone wegschuppen en vullen met kiezel.
- Je kan mooie geschikte beplanting in en rond de wadi planten. Kies beplanting die zowel tegen droge als natte omstandigheden kan.